Dinsdag 23 april 2013

Blog - Na Luik maken we traditiegetrouw de balans op van het voorjaar. Voor wat betreft de Nederlandse inbreng in het eendagswerk kunnen we zeggen dat we weer helemaal terug zijn bij af. Met Pieter Weening als eerste Nederlander op de 33ste plaats in Luik - met in zijn spoor TJ Slagter, die het seizoen zo hoopvol begon Down Under - moesten we het doen in de laatste klassieker van het voorjaar. Niki Terpstra redde in Parijs-Roubaix de oranje eer met de derde plaats, terwijl Pieter Weening (Amstel Gold Race), Sebastian Langeveld (Parijs-Roubaix en Ronde van Vlaanderen) en Bauke Mollema (Amstel Gold Race en Waalse Pijl) er in slaagden om top-tien klasseringen te boeken. That’s it! O ja, Michel Kreder en Thomas Dekker smaakten het genoegen dat hun kopman Daniel Martin kon zegevieren in Luik. Maar waar is de tijd gebleven dat wij dachten dat deze jongens zelf voor de overwinning konden gaan?

Plugge ziet dat het goed is
Hoe kan het dat Wout Poels afzegt voor de Amstel Gold Race omdat hij zijn krachten wil sparen voor de Waalse Pijl en L-B-L en dat we hem vervolgens in beide wedstrijden never-nooit-niet in beeld zien? Kan iemand mij vertellen waar Rob Ruijgh is gebleven? Of Martijn Maaskant? Hallo Lieuwe Westra, waar zit je? Bauke Mollema klasseerde zich afgelopen week twee keer in de top-tien, maar hij imponeerde geen moment. Ten opzichte van vorig jaar stagneerde hij zelfs, want toen reed hij drie keer top-tien en was zijn optreden veel dwingender. Zelfde verhaal voor zijn ploegmaat Lars Boom, die  opnieuw liet zien dat hij in zijn klassiekers nog altijd niet de stap naar de top heeft kunnen maken. Terwijl de mannen van Blanco en Vacansoleil naarstig op zoek zijn naar nieuwe sponsors, zitten ze in een enorm prestatief wak. Richard Plugge, vroeger een kritische journalist, zegt als manager van de Blanco’s dat zijn ploeg een dikke voldoende verdient voor het optreden in het voorjaar. Er is namelijk attractief gefietst. Nou, dan moet hij toch andere wedstrijden hebben gezien dan ik. Ik heb namelijk alleen in Parijs-Roubaix een attractieve ploeg aan het werk gezien. En dat was dan vooral aan één man te danken: Sep Vanmarcke. Ploegleider Frans Maassen was realistischer dan zijn baas. Tegen CyclingOnline zei hij na Luik: ‘Het was een krap zesje dit voorjaar. Je wordt afgerekend op je beste man en onze beste man liet het vandaag afweten.’

Heimwee naar Zoetemelk
Dat is een reëlere conclusie. De vraag is alleen, waarom zijn we dit voorjaar toch weer collectief door de mand gevallen, terwijl we dachten dat de weg naar boven was hervonden? Hoe komt het toch dat renners die bij de beloften ver boven hun leeftijdgenoten uitstaken, bij de beroepsrenners tot de middelmaat behoren? Doping kan toch niet het alles verklarende antwoord zijn. Als Garmin met Hesjedal en Martin Luik-Bastenaken-Luik beheerst – en dan gaan we er gemakshalve van uit dat Jonathan Vaughters de waarheid spreekt en dat zijn mannen schoon zijn – dan kunnen Nederlandse renners zich niet meer verschuilen achter het verhaal dat zij niet met gelijke middelen strijden. Mijn conclusie is dat het Nederlandse renners op de een of andere manier aan hardheid ontbreekt, en dan met name mentale hardheid. Als ik op de website van Blanco lees dat Gesink en Kruijswijk nu eerst eens lekker rustig gaan beginnen aan de Ronde van Romandië, nadat ze wekenlang op Tenerife hebben gebivakkeerd om lekker ontspannen te trainen (hun laatste wedstrijd reden ze een maand geleden in Catalonië), dan krijg ik subiet heimwee naar Joop Zoetemelk. Die reed van Parijs-Nice tot aan de Ronde van Lombardije voor de winst. Je zult zien dat Gesink en Kruijswijk in Romandië weer niet aan de bak gaan komen – op de Blanco site dekt het duo zich al in: ‘Íf we wanted to peak here, we should have headed home a bit earlier.’ Oftewel: Romandië is World Tour, maar wij trainen gewoon lekker door, want daar zijn wij bij Blanco nu eenmaal erg goed in. Gelukkig deden ze het in de proloog nog niet zo gek, maar zelf houden ze het erop dat de Giro is het grote doel is van Blanco. ‘Daar gaan we er vol in.’ Nou, ik ben benieuwd…