Tekst: Roy Schriemer; Foto: Sportfoto

De aanloop naar de Tour de France verliep aanvankelijk niet vlekkeloos. Ten Dam kon de trainingen niet afwerken zoals hij wilde door ziekte en slechte weersomstandigheden en begon voor zijn gevoel met een achterstand aan het seizoen. “Maar toen ik dertiende werd in de Ronde van Zwitserland en achtste in de Amgen Tour of California wist ik wel dat de vorm eraan zat te komen. Dankzij een trainingskamp in de Verenigde Staten kon ik de puntjes op de i zetten en ik ben ontzettend blij dat ik in een optimale conditie aan het vertrek stond van de Tour de France. Daardoor kon ik daar een mooie prestatie neer zetten. Hoe het kan dat ik nog altijd sterker word? Dat mag je zelf verzinnen, ik heb geen idee.”

''Beste Belkin-renner zegt me niet veel'

Ten Dam werd met zijn negende plaats de beste Nederlander, omdat zijn ploeggenoot Bauke Mollema in de tijdrit op de voorlaatste dag naar de tiende plaats zakte. Vooraf werd de coureur met de baard als beschermde renner aangewezen en Mollema als kopman. Maar Ten Dam is te nuchter om voldoening te halen uit het feit dat hij de beste Belkin op het eindblad van de Ronde van Frankrijk werd. “Ik zit daar echt niet zo mee, dat er vaak een ander als kopman wordt neergezet. Je probeert uiteindelijk een optimaal resultaat neer te zetten en dat gold ook voor Bauke. Ik had nog liever gehad dat hij derde was geweest en ik zesde. Die status van beste Nederlander en Belkin zegt me niet zo veel.”

Na eerste bergrit balans opmaken

Het is met die instelling dat hij ook de Vuelta in gaat. Wilco Kelderman – die eerder ook al de Giro reed- zal in zijn tweede grote ronde van het jaar als mede-kopman starten. En ook Robert Gesink – die volledig hersteld lijkt na zijn hartproblemen – heeft die status. “Het is in het wielrennen redelijk simpel. In de zesde etappe wacht een eerste echte bergrit en na afloop kun je de balans opmaken over hoe je verder wil. Is iedereen goed of steekt er iemand bovenuit?"

Geen garantie over vorm

Voor hemzelf is dat ook afwachten. "Na de Tour de France reed ik de Clasica San Sebastian en de Prudential Tour of Londen en daar voelde ik me goed. Ik ben niet zo’n man voor eendagswedstrijden en moet nu gewoon hopen dat de vorm lang aanwezig blijft. Gaandeweg zo’n ronde ontdek je dan wel wat er voor je in zit, je laat het klassement natuurlijk niet lopen in het begin. Maar je hebt geen garantie dat je tot het einde toe goed blijft. Mijn ervaring is dat je dat moet afwachten. Maar ik hoop natuurlijk een kort klassement te rijden. De Ronde van Spanje heeft nog net even wat meer aankomsten bergop in vergelijking met de Tour de France en dat is voor mij natuurlijk mooi. Voordeel is ook dat er veel minder hectiek is. Rond de Tour is het echt een gekkenhuis en dit is het eerste interview over de Vuelta dat ik geef. Ook straks bij de start is het lang niet zo chaotisch als het in Leeds was. Dat is best prettig.”

WK en Lombardije

Na de Vuelta heeft Ten Dam in principe de Ronde van Lombardije en het WK op zijn programma staan. “Als de ploeg en de bondscoach me opstellen natuurlijk. Het parcours in Ponferrada spreekt me aan, maar ik ben niet echt een man voor dit soort eendagskoersen. Lombardije geldt hetzelfde voor. Bovendien is mijn vrouw een week na Lombardije uitgerekend en spelen tegen die tijd dat soort sentimenten ook wel mee om niet te rijden. Maar laten we eerst de Vuelta maar eens rijden, die andere wedstrijden zijn nog ver weg.”

Ook in 2015 in Tour

Bij Lotto-BrandLoyalty – de opvolger van Belkin – treft Ten Dam volgend jaar Steven Kruijswijk, Robert Gesink en Wilco Kelderman nog altijd aan, maar Bauke Mollema verlaat de ploeg om bij Trek te gaan fietsen. “Natuurlijk zal dat even wennen zijn, we rijden al zeven jaar samen, maar dat hoor nu eenmaal bij de sport.  Ik ga ervan uit dat ik komend jaar ook de Tour weer zal rijden, maar verder moeten we toch even afwachten hoe alles eruit ziet bij onze ploeg komend jaar. “

Foto: © Sportfoto