Zaterdag 01 maart 2014

Blog - In de ontbijtzaal van het Gentse Belfort Hotel bracht Het Laatste Nieuws me het genot van café’s en restaurants langs de parcoursen van de Vlaamse voorjaarsklassiekers. Elf van die pleisterplaatsen worden gul uitgeserveerd op de bladzijden 20 en 21, met veel gezellige tekst en foto’s. Smullen, de Omloop van de Staminees.

Remi Eeckhout van In den Trap Op (1) in Horebeke: ‘Op de dagen dat de koers hier passeert, kan je op de koppen lopen. Soms is het zo druk binnen dat het volk op de tafels en de banken moet staan om de televisie nog te zien.’

Andy Maes is baas van Café Venus (2), op de Valkenberg bij Brakel. Het terras is op koersdagen een luxe tribune. Op gewone dagen komen er fietsers binnen die de top niet halen. Maes: ‘Ik ken ze intussen, het soort wielertoeristen dat hier stopt om uit te rusten: na een paar stevige Leffes geraken ze niet meer op hun fiets en moeten ze hun vrouwen bellen om hen te komen halen.’

In de Mechelse Koekoek (3) kan de liefhebber op de Molenberg aan één tafel dineren met zicht op de renners. Maître Chakir Srihi is trots: ‘Eén jaar vooraf moet je die tafel reserveren als je daar wilt zitten voor de Ronde van Vlaanderen.’

Het Genot op den Berg (4) staat in Maarkedaal, bij de afdaling van de Taaienberg. Patron Vergucht kent de behoeften van de klandizie: ‘Het is een minuut of acht wandelen tot de top, dus zorgen we dat onze stoofpot van rundswangen met donker Adriaan Brouwerbier klaar is vóór de klanten naar de koers willen gaan kijken.’

Bij In de Zon (5) in Kwaremont is het bij de koers als op Rock Werchter, vindt baas Tim de Backer: ‘Elke koers is een feest, maar met de Ronde heerst hier dezelfde sfeer als op een zomerfestival.’

Johan Museeuw is vaste klant bij Jan van Gent (6), boven op de Edelare bij Oudenaarde. Eigenaresse Marie-Anne Consael: ‘Als het koers is, is het feest. De mensen zijn dan precies altijd wat vrolijker dan anders. En dat geeft goesting om te eten zeker?’

Patrick Lefèvere stopt graag bij In den Groenen Boom (7) in Mater. Cafébazin Leen van Wambeke kent de gebruiken: ‘Ik zie ze hier elk jaar binnenstuiven, de afsnijders: terwijl ze wachten op de koers, komen ze rap plassen. Maar iets drinken, hó maar! Patrick Lefèvere bestelt elke keer een watertje.’

Ex-Rode Duivel Philippe Desmet staat fors gegroeid achter de toog van Café Sint-Arnoldus (8) in Anzegem, vlak bij de Tiegemberg. Hij is fan van alle Belgische renners: ‘Wat moet een mens meer hebben dan een Belg die de koers wint?’

In De Nieuwe Keizer (9) in Mater zingt waardin Kathleen Leyman na de koers schlagers. Haar klanten drinken er zwaar bier van Ename. Ze weet: ‘Om eens te proberen, zeggen ze. Dan drinken ze er nog eentje omdat het lekker is. En daarna blijven ze drinken omdat het zo plezant is.’

In den Hengst (10) in Brakel is heel simpel en volks gebleven. Germain de Prijck, vader van waardin Anneke herinnert zich nog dat Museeuw langs kwam in de Ronde van 2006, achter Leif Hoste aan. De Prijck: ‘Ik deed teken naar Boonen, of hij eens moest drinken. Hij zag dat, lachte eens en knikte van nee. Awel, dat glas staat nog altijd klaar voor hem.’

Op wandelafstand van de Paterberg, Oude Kwaremont en Knokteberg ligt ’t Konijntje (11), in Kluisbergen. Chef Jos Hubau heeft eekhoorn op zijn menu gezet, maar niet op de dag van de koers. Hij zegt: ‘Een goeie steak, dat wil de wielerliefhebber. Goed eten, want supporteren kost ook energie, hè?’

Tussen dit alles in staat de centrale, bijna druipende kop, als vaste stelregel: ‘Biefstuk-friet, bier en een Belg die wint: meer heeft de supporter niet nodig.’

En dan wint Ian Stannard, uit het land van fish and chips.