Tekst: Ellis Heijboer; Foto: Sportfoto

Dylan van Baarle weet wat winnen is. Hij was in 2013 Nederlands kampioen op de weg én bij het tijdrijden onder de drieëntwintig jaar. In zijn jonge carrière fietste hij al aardig wat overwinningen bij elkaar. Afgelopen jaar won hij voor de tweede keer Olympia’s Tour en zegevierde hij onder meer in de Ster van Zwolle. Daarnaast eindigde hij bij de beloften op de zevende plek tijdens het wereldkampioenschap op de weg in Florence. Zijn prestaties bleven niet onopgemerkt. Meerdere ploegen waren geïnteresseerd, maar Team Garmin–Sharp won zijn vertrouwen.

Trainingskamp

Samen met zijn Nederlandse ploeggenoten Raymond Kreder en Sebastian Langeveld trainde van Baarle in januari een week in Spanje. “Het trainingskamp ging niet van het team uit, maar was vooral om ‘kilometers in de benen te hebben. We hebben in Spanje twee keer zes uur getraind. De wedstrijden die ik rijd, duren ook ongeveer zo lang. Als je deze uren niet maakt, hoef je niet te starten, dan kun je de wedstrijd niet uitrijden. Mijn voorbereiding is niet anders dan de voorgaande jaren. Gewoon hard trainen en je grenzen verleggen.”

Tussen de grote mannen

Van vijf tot acht februari rijdt van Baarle de Tour of Dubai. Zijn eerste echte meetpunt met mannen als Marcel Kittel, Mark Cavendish en Fabian Cancellara. “Er zijn slechtere plekken om je seizoen te beginnen. Tijdens de Tour of Dubai kan ik kijken waar ik sta en koersritme opdoen.” In zijn tijd bij de beloften reed hij al meerdere wedstrijden bij de elite. Er is duidelijk een verschil in koersen. “Bij de profs rijden ze meer gecontroleerd. Als er een groepje wegrijdt, wordt dit goed in de gaten gehouden. Bij de beloften was dat wel anders. Daarnaast wordt er ook een tandje harder gereden.” Voor het jonge talent is het nog wat onwerkelijk dat hij nu voor Garmin uitkomt:  “Ik besef het nog niet helemaal, maar dat komt nog wel. Ik ben nog niet vaak bij de ploeg geweest en heb nog niet iedereen meegemaakt.”

Vertrouwen

Aan het begin van vorig jaar hoorde de jonge renner via zijn manager dat meerdere ploegen interesse in hem tonen. Onder andere Belkin-voorloper Blanco, dat in die periode zonder sponsor zit. “Het was toen een rare markt. Blanco had op dat moment geen sponsor, dus zij konden niets bieden.” Ook Team Garmin–Sharp toonde interesse. “Zij waren er snel bij, dat gaf veel vertrouwen. Daarnaast was het gelijk duidelijk dat ik in de klassiekers mocht starten. En ik ben toch een renner voor de klassiekers. Een goede reden om voor Garmin te kiezen. Ik ging voor de zekerheid. Blanco kon die mij niet geven, Garmin wel.”

Klassiekers

Als eerstejaarsprof rijdt van Baarle dit jaar al verschillende grote klassiekers. Zo is hij onder andere te zien in de Ronde van Vlaanderen en Parijs-Roubaix. “Voor mij is dit dé kans om deze koersen te leren kennen. Tijdens deze wedstrijden is het mijn taak om Sebastian Langeveld, Nick Nuyens en Johan Vansummeren te helpen. Zij zijn in de ploeg de kopmannen voor de klassiekers, twee daarvan hebben er al eens één gewonnen.” Het is de bedoeling dat van Baarle de tweede man achter Sebastian Langeveld wordt. “Vanuit de ploeg wordt er duidelijk in mij geïnvesteerd, anders laten ze me deze wedstrijden niet nu al rijden. Ik ben een man van het voorjaar, dat zien zij ook. Deze wedstrijden rijd ik om ervaring op te doen voor later.”

Eigen kans

Na de klassiekers rijdt de tijdritspecialist een aantal kleinere rondes.  “In de 1.1 en 2.1 koersen mag ik meer voor mijn eigen kans gaan. Eerst rijd ik de wat kleinere klassiekers als Dwars door Vlaanderen en de Driedaagse van West-Vlaanderen. Daarna doe ik het een tijdje rustig aan en dan komen de Nederlandse Kampioenschappen alweer in zicht. In mei en juni staan de Bayern Rundfahrt en de Ster ZLM Toer op het programma. Daar heb ik, net als in de kleine klassiekers, een wat vrijere rol. Stel dat ik in één van de rondes hoog in het klassement sta, dan hoef ik niet meer op kop te rijden of telkens water te halen. Als ik wat in een van deze rondes win, dan is de kans groter dat dit in een tijdrit gebeurt, dan in een rit in rechte lijn. Tijdrijden is mijn specialiteit.”

Toekomstpijlen

Van jongs af aan droomt de eenentwintigjarige renner van het winnen van een klassieker. “Vroeger keek ik op televisie altijd naar koersen als de Ronde van Vlaanderen en Parijs-Roubaix, nu fiets ik er zelf. Deze wedstrijden win je niet zomaar. Je moet er eerst twee of drie keer rondgereden hebben. Nu mis ik nog de inhoud, dat komt met de jaren. Daarnaast is parcourskennis ook erg belangrijk. Ooit wil ik een klassieker winnen. Mijn toekomstpijlen staan op die wedstrijden gericht.”

Foto: © Sportfoto