Johannink (26) is dan ook een tevreden mens. ‘’Dit is wel heel mooi dat ik die kans krijg. De laatste twee jaar is het hard gegaan. In 2022 werd ik Nederlands kampioen bij de clubrenners en dit jaar kon ik goed mee bij de continentale formatie van A Bloc. En dan stroom ik nu alweer door naar weer een niveau hoger.’’ De Denekamper was zeventien toen hij bij de Oldenzaalse Wieler Club begon met wielrennen. ‘’Toen ik bij mijn clubteam Sensa-Kanjers voor Kanjers klaar dacht te zijn een stap omhoog te maken, kwam COVID-19 en daardoor heeft mijn ontwikkeling twee jaar stilgestaan. Maar daarna kwam het eruit. En ik denk dat er nog rek op zit bij mij, ik ben lang druk geweest met mijn studie aan de hogere landbouwschool en combineerde ook dit jaar het wielrennen nog met de boerderij, die ik run samen met mijn oom. Ik merkte dat ik beter was als ik rust nam, zoals ik deed in de aanloop naar de Ronde van Overijssel en het NK. In 2024 krijgt het wielrennen nog meer voorrang en dan hoop ik een weer beter niveau te halen.’’

BESTEL DE WIELERSCHEURKALENDER 

Johannink kwam al in april in gesprek met Tour de Tietema-Unibet en wist al enkele maanden dat deze stap eraan zat te komen. Zijn nieuwe werkgever heeft als ultiem doel de Tour de France en daar heeft de Twentse wielrenner ook wel oren naar uiteraard. ‘’Ik heb eerst een contract voor één jaar, maar als het goed blijft gaan zou dat wel heel mooi zijn. Dat is waar iedere wielrenner van droomt natuurlijk. Maar ik kijk er ook naar uit om komend jaar de Amstel Gold Race te mogen rijden. Limburg is toch een beetje mijn terrein, dat zou wel heel gaaf zijn, al besef ik dat we dan tegen de absolute wereldtop rijden.’’

En de boerderij? De koeien zullen minder vaak door Jelle Johannink gemolken worden. ‘’Daar komen we wel uit. Misschien kan men in mijn omgeving wat vaker bijspringen of we huren een loonwerker in. Zo’n kans om prof te worden krijg je misschien maar één keer. Die wil ik wel met twee handen grijpen natuurlijk.’’ 

Foto: © Sportfoto