En wat voor wedstrijd, want de klimmers komen zeker aan hun trekken in de vijftien omlopen over onder meer de beklimming van het Duivelsbosch. Met twee zeges gaf Sjoerd Bax hier al zijn visitekaartje af en nadat hij deze zomer op het podium stond op het NK voor profs, mag de renner van Metec-Solarwatt zich opmaken voor een profcontract. Wie is de volgende die zich in de kijker rijdt rond Kerkrade?

Voor de 23ste editie van de HLB Van Daal Eurode Omloop op zondag 12 september heeft de organisatie het parcours iets aangepast. De renners rijden nu 15 ronden van ieder 10,35 kilometer, wat in totaal dus voor een wedstrijd van ruim 152 kilometer zorgt. In iedere ronde bevinden zich de beklimmingen van de Brugmolenweg en het Duivelsbosch. Op de laatste klim – bekend van de Nederlandse kampioenschappen die hier werden verreden – is ook de lijn voor de bergsprint  getrokken. De start en finish zijn op de markt in Kerkrade voorzien. Om 12 uur is de ploegpresentatie gepland en om 13 uur valt het startschot. De finish wordt rond 17 uur verwacht.  

Hoe verliep de vorige editie?

Het was Metec dat de wedstrijd in 2019 – vorig jaar ging deze klassieker niet door - van begin tot eind kleurde. De eerste aanvalspoging kwam op naam van bergkoning Thijs de Lange, die Gerco Pastoor en Adne Koster met zich meenam. Het peloton moest een halve minuut prijsgeven op het drietal, waarna een nieuwe Metec-TKH-coureur de oversteek maakte. Oud-winnaar Sjoerd Bax maakte de sprong naar de kopgroep: hij nam Jarno Gmelich Meijling met zich mee. Hartthijs de Vries, Stef Krul en Dylan Bouwmans maakten vervolgens ook de aansluiting met de kopgroep, waar zich op dat vier Metec-TKH-coureurs bevonden. De winnaar moest vooraan worden gezocht, evenals de winnaar van de Topcompetitie. Bouwmans greep de gelegenheid aan om de eindzege in de topcompetitie veilig te stellen. In de strijd om de zege in de HLB Van Daal Eurode Omloop moest hij op twee rondes voor het einde afhaken, nadat Sjoerd Bax een aanval had geplaatst. De toen 23-jarige Bax sloeg meteen een gat, en Metec-TKH kon het numerieke overtal vervolgens goed uitspelen. Voor de tweede keer in zijn carrière kon de Zuid-Hollander vervolgens het zegegebaar maken.

Hoe ziet het deelnemersveld eruit?

Er zijn vier continentale teams voorzien met Metec-Solarwatt, VolkerWessels, SEG Racing en A Bloc. Buitenlands inbreng is er via de Amerikaanse beloftenselectie, Acrog-Tormans, Mysenlan Baboco Cyclingvest, Team Sportform en Team Stilm-Rheinbach. De aanwezige Nederlandse clubteams zijn Allinq-Krush-IJsselstreek, Amsterdam Racing Academy, HSK Trias-Mooi Jong, John Deere-NWVG, Sensa-Kanjers voor Kanjers, Tempo-Hoppenbrouwers-VIRO, UWTC De Volharding, WV De  Jonge Renner, WV De Kannibaal, WV West-Frisia, Team BKT, TWC Maaslandster-Zuid-Limburg, BHST Cycling Team en Willebrord Wil Vooruit. Klassementsleider Coen Vermeltfoort voorspelde na de De Bruyn Metaal Omloop van Valkenswaard vorige week een nieuwe leider in de topcompetitie. “Ik ben er nog niet achter of het rondje in Valkenswaard te zwaar is voor mij of dat ik te zwaar ben voor deze omloop’’ grapte hij. ‘’Maar ik kan wellicht de trui heroveren in de Omloop van de Braakman.’’  Bij VolkerWessels is Peter Schulting wellicht een troef. Hij won de wedstrijd in 2018. Metec-TKH brengt met Dylan Brouwmans een renner met goede herinneringen aan de ronde aan het vertrek, Rick Ottema is de man in vorm. Bij A Bloc is Nils Sinschek de man van de streek, waar naar gekeken mag worden. Meindert Weulink is wellicht ook een troef. In de vorige wedstrijden lieten de clubrenners zich ook nadrukkelijk opmerken. Die zullen zeker ook deze kans willen pakken om hun kwaliteiten te tonen op dit glooiende terrein.

Wat is er verder bijzonder?

De Amstel Gold Race ging nog door en ook de Simac Ladies Tour en de wedstrijden op Watersley vonden in Limburg plaats, maar verder is de kaalslag op de kalender in de meest zuidelijke provincie van ons land aanzienlijk. Veel klassiekers en criteriums sneuvelden door strenge coronamaatregelen of gebrek aan sponsoring in deze onzekere tijden. En dan werd de Volta Limburg Classic ook nog eens getroffen door de gevolgen van de watersnood. Rick Cremers voelt zich namens de organisatie van de HLB Van Daal Eurode Omloop dan ook een bevoorrecht mens dat de wedstrijd door kan gaan. ‘’Na de afgelasting van vorig jaar zijn we vroeg in gesprek gegaan met de gemeente om te kijken hoe we ervoor stonden. We kregen onze subsidie en tussendoor ook telkens toezeggingen dat maar ook hoe de wedstrijd door kon gaan. Ook onze sponsoren waren superenthousiast dat we de wedstrijd op de kalender hielden en ondersteunen ons van harte. Voor de Schwalbe Topcompetitie is het goed dat er toch in Limburg gereden gaat worden, onze wedstrijd is bekend en wordt door velen gevreesd vanwege de zwaarte van de koers. In 2019 moesten we de route wijzigen en ook nu is een derde beklimming uit het parcours gelaten. Maar dat maakt het parcours zeker niet minder zwaar. Nu moet een zware klim als het Duivelsbosch – met een stukje van achttien procent aan stijgingspercentage -alleen maar vaker beklommen worden. In onze wedstrijd zul je niet snel een groep van vijftien of twintig man zien sprinten voor de winst. Dat is vaak een kleine kopgroep of een solist. De renners zijn gretig nu het seizoen met vertraging echt losgebarsten is en we hebben er nu ook enkele buitenlandse teams bij. Voor die renners is dit nieuw en zij zijn nieuw voor ons. Ik ben benieuwd wat hun inbreng gaat zijn.’’

Wat vinden de renners?

Eén van de Limburgse renners aan het vertrek is Nils Sinschek van A Bloc. ‘’Het is erg fijn dat er eindelijk een wedstrijd dichtbij huis is. Tot nu toe heb ik voor elke koers wel een stuk moeten reizen, dit scheelt mij nu wel. Maar ik kijk ook om andere redenen uit naar de Eurode Omloop. In de afgelopen jaren heeft er vaak iemand solo gewonnen of de zege behaald vanuit een klein groepje. Het is dus vooral een afvalkoers en de deur zal van achteren wel open staan. En sterke renner zal dus zeker winnen. Momenteel heb ik nog geen idee wie ik in de gaten moet houden.’’ Zelf hoopt hij er te staan zondag. Voor hem heeft de wedstrijd weinig geheimen. ‘’Ik heb de Eurode Omloop al twee keer gereden, dus het is zeker bekend terrein. Die kennis haal ik vooral uit het verleden. Ik rijd vanuit Maastricht niet vaak de kant van Kerkrade op, tijdens mijn trainingen gaat het vaak richting het Heuvelland of de Ardennen.’’

Foto: Sportfoto