De equipe van Deceuninck-Quick Step was in de rit over ruim 200 kilometer van Gent naar Ninove met de uitblinkende Julian Alaphilippe de immer ‘koersmakende ploeg’. Na ruim vijf kilometer formeerde zich een kopgroep van vijf man met de Kazak Yevgeniy Fedorov (Astana-Premier Tech), de Zuid-Afrikaan Ryan Gibbsons (UAE-Team Emirates), de Fransman Matis Louvel (Team Arkéa Samsic) en de Belgen (Bert de Backer (B&B Hotels p/b KTM) en Kenny De Ketele (Sport Vlaanderen-Baloise). Het vijftal bouwde een maximale voorsprong op van 8.10 minuten.

Olav Kooij

Op de kasseien van de Jagerij kreeg het peloton de koplopers in het vizier. Johan Jacobs (Movistar) en Olav Kooij (Jumbo-Visma) uit Numansdorp sloten met nog 42 kilometer voor de wielen aan de voet van de Molenberg aan bij de leiders. Het peloton onder aanvoerring van Julian Alaphilippe trok op de Molenberg flink door en op de uitloper formeerde zich uiteindelijk een kopgroep van vijftien renners. Wereldkampioen Julian Alaphilippe, Zdenek Stybar, Davide Ballerini (allen Deceuninck Quick Step), Sep Vanmarcke (Israel Start-Up Nation), Matteo Trentin (UEA Team Emirates), Christophe Laporte (Cofidis), Greg van Avermaet (AG2R-Citroen), Thomas Pidcock, Kevin Geniets (Groupama-FDJ), Matis Louvel (Team Arkéa-Samsic), Bert de Backer B&B Hotels), Yevgeniy Fedorov, Michael Gogl (Team Qhubeka Assos), Arjen Livyns Bingoal WB) en Olav Kooij. De pas 19-jarige Kooij reed zich als enige Nederlander in de kijker. De Zuid-Hollander moest er in de afdaling van de Leberg door toedoen van Alaphilippe af. De Fransman vertrok na veel kopwerk gedaan te hebben met nog 31 kilometer te gaan op weg naar de Berendries meteen door. Hij leek als wereldkampioen op weg naar de overwinning, maar hij werd door de achtervolgers en vervolgens het peloton onder aanvoering van Bora en Lotto teruggepakt net voor het opgaan van de Muur van Gerardsbergen. Alaphilippe bleef sleuren en eenmaal over de Muur van Geraardsbergen en de Kapel-Muur nam hij na het teruggrijpen van de gevluchte Gianni Moscon wederom het voortouw. De trein De Ceuninck-Quick Step denderde door. Nadat de wereldkampioen het stokje op 3 kilometer van de streep had overgegeven aan Kasper Asgreen en Florian Senechal mocht Davide Ballerini het werk afmaken. Timo Roosen (Jumbo-Visma) was op plaats 41 de best geplaatste Nederlander.

De jonge debutant Kooij stak vlak voor de finale zijn neus aan het venster door mee te zitten in de eerste groep. “Ik ging in de tegenaanval met een renner van Movistar, waarna we de oversteek maakten richting de vroege vlucht. We geraakten over de Molenberg, waarna een groep sterke renners aansloot. Op de Berendries ging het licht uit en wilden mijn benen niet meer. Ik kwam in de achtervolgende groep terecht, waar ik mijn ploeggenoten nog probeerde te helpen richting de Muur van Geraardsbergen. Daarna zat mijn koers er eigenlijk op. Ik ben blij met mijn rol van vandaag en de manier waarop ik die heb ingevuld.”

De sprint liep voor Jumbo-Visma op een teleurstelling uit, door een val gehinderd kwam men niet uit de verf. Toen het trio in de remmen moest vanwege een valpartij, kwam het plan om met Eenkhoorn te sprinten niet meer uit. Volgens Roosen had het drietal beter gepositioneerd moeten zitten met het oog op de eindsprint: “Achteraf hadden we eerder moeten opschuiven. We zaten nu midden in de valpartij en konden geen kant op. Gelukkig vielen we niet, maar dit is wel een gemiste kans. Pascal heeft snelle benen en als je op het eind goed geplaatst zit, dan is er altijd iets mogelijk. Hij voelde zich ook goed en daarom trokken we zijn kaart. We hadden gewoon beter geplaatst moeten zitten.” 

Foto's: © Sportfoto - Oscar de Waele