Cavendish
“Ik eindigde in de Ronde van Qatar twee keer als tweede achter Cavendish en een keer als derde. De eerste keer vond ik het al prachtig dat ik in zijn wiel kon blijven. De tweede keer ging dat al wat makkelijker. Maar ik heb niet het idee gehad dat ik hem kon kloppen. Hij is de beste sprinter ter wereld. Ik heb veel complimenten van renners gekregen, dat was ontzettend leuk. Ik heb gehoord dat Cavendish zelf ook mooie dingen over mij heeft gezegd, maar ik heb hem zelf niet echt gesproken. Wat het grootste verschil is tussen mij en Cavendish? Qua sprinten niet zo heel veel, alle sprinters lijken ergens wel op elkaar. Alleen hij is natuurlijk de beste sprinter van de wereld, heeft overal wedstrijden gewonnen. Ik nog niet.”  

Progressie
“Ik heb me dit jaar bijna op dezelfde manier voorbereid op het seizoen als andere jaren. Een ding verschilde wel echt: tijdens de trainingskampen met de ploeg hebben we echt heel veel getraind op sprinten. Dan maakten we een treintje met al onze snelle mannen en dan moest steeds iemand als laatste de sprint afmaken. In die sessies voelde ik me al goed, maar ik hechtte er niet te veel waarde aan. Het was maar een training natuurlijk. Voor mij kwam het als een verrassing dat ik zo vroeg in het seizoen al zo goed zou presteren.”

Hiërarchie
“We hebben veel sprinters binnen Vacansoleil. Dat lijkt lastig, maar ik vind het eigenlijk wel prettig. Ik koers veel met Kenny van Hummel. Zo halverwege de wedstrijd bepraten we even hoe het gaat, en dan bepalen we voor wie we gaan. Dan proberen we samen voorin te zitten en dan gaan we ervoor. Soms raken we elkaar nog wel eens kwijt, maar meestal gaat het goed.”

Doel
“Mijn doel is om dit seizoen in ieder geval een wedstrijd te winnen. Dat zou prachtig zijn. Misschien heb ik nog iets meer geluk nodig om het echt af te maken, maar als ik zo doorga komt het wel goed. En al kort te eindigen. Dit weekend rijd ik Drenthe. Vorig jaar werd ik tweede in Dwars door Drenthe achter Theo Bos, dus ik weet dat daar mogelijkheden zijn. De Ronde van Drenthe, een dag eerder, ligt me ook goed. Of ik een grote ronde rijd dit seizoen, durf ik niet te zeggen. In de toekomst wil ik zeker grote rondes gaan rijden, maar ik weet niet zeker of ik er dit jaar al klaar voor ben.”

Leeftijd
“Ik ben 21 jaar. Ik ga ieder jaar vooruit. Ik ben nog heel jong, word steeds sterker. Dat is denk ik de belangrijkste reden van mijn progressie dit jaar. Ik merk dat ik gewoon steeds frisser aan de finale begin. Dan sprint je gewoon beter. Eerst kostte het me gewoon ongelofelijk veel moeite om de laatst vier, vijf kilometer voorin te blijven. Dat gaat me nu steeds eenvoudiger af.”

Baan
“Ik concentreer me echt op de weg, maar ik vind het ook prachtig om op de baan te rijden. In de winter is het de perfecte plaats om te trainen. En het is ook goed voor mijn sprints. Je zorgt dat je blijft werken aan je snelheid. Dus ik blijf het ’s winters zeker doen.”

Vacansoleil-DCM
“Het is een heel gezellige en leuke ploeg. Renners hebben heel veel voor elkaar over. Ik vind het ook mooi dat ik op zo’n jonge leeftijd af en toe voor eigen kans mag rijden, zoals in Qatar bijvoorbeeld. Ik kan met bijna iedereen goed opschieten, met Van Hummel trek ik veel op. Ik leer ook veel van hem, vooral hoe je moet wringen en naar voren moet komen. Ik blijf in zijn wiel en kijk hoe hij het doet.”