De wereld van de paralympische sport is nieuw voor Goesinnen. In 2014 zette hij een punt achter zijn carrière als profwielrenner. Bij thuiskomst uit Australië waar hij vier jaar voor het Australische Drapac reed, keerde hij terug in de schoolbanken om zijn master bewegingswetenschappen af te ronden aan de Universiteit van Maastricht, waarna hij trainer/coach werd bij de Nederlandse vrouwenwielerploeg Boels-Dolmans Cycling Team. Sinds zijn aanstelling bij de KNWU kreeg Goesinnen een spoedcursus paralympische sport. Goesinnen: “De trainingen zijn grotendeels hetzelfde als voor valide sporters. De jongens en meiden van de Nederlandse para-cycling selectie krijgen net zo goed als Chantal Blaak en Amy Pieters intervaltrainingen voor hun kiezen. Maar op technisch en reglementair gebied heb ik veel bij moeten leren.”

Inmiddels heeft Goesinnen zijn draai aardig gevonden. Na een trainingskamp op hoogte in Namibië in december won de Nederlandse Para-cycling selectie in januari bij de wereldbeker in Manchester direct twaalf medailles. Maar voor de coach zijn het vooral de wattages en rondetijden die tellen. “Als trainer/coach kijk ik vooral hoe ik sporters beter kan maken. Dat is denk ik gelukt. Het prestatieniveau is minstens net zo goed als vorig jaar en bij sommige misschien zelfs net iets beter. Hoeveel medailles of wereldkampioenen dat gaat opleveren gaan we vanzelf zien”, vertelt Goesinnen, die beseft dat de verwachtingen hoog zijn na afgelopen jaren. “De lat ligt hoog in Nederland qua parasport, maar ik denk dat dat we er klaar voor zijn.” 

Van het trainingskamp in Namibië – volgens de bondscoach ideaal trainingsgebied vanwege het warme weer, de hoogte en toch grotendeels vlakke wegen –  en Manchester toog de selectie naar Portugal, waar de Paralympische selectie samen trainde met de Olympische selectie. In het Porugese Anadia werden de puntjes op de i gezet voor de WK in Apeldoorn. De interim-bondscoach kijkt ernaar uit. “Een WK in eigen land, op de Paralympische Spelen na kan het niet groter. Ik ben ervan overtuigd dat het een spektakel gaat worden.” 

Foto: © Sportfoto