Dion Beukeboom werd derde.

Gedurende de hele dag probeerden renners de koers open te breken. Stijn de Bock (Cibel-Cebon) was de meest actieve renner van de beginfase en kreeg uiteindelijk de prijs voor de strijdlust.

Maar serieus werd het pas toen een kopgroep van vier in de vijf plaatselijke omlopen ten aanval trok. Tim Kerkhof (Destil-Parkhotel), Cees Bol (SEG Racing), Michiel Dieleman (Cibel-Cebon) en Joshua Huppertz (Lotto-Kern Haus) fietsen een voorsprong bijeen van bijna vijftig seconden, maar onder impuls van vooral Metec-TKH werd die voorsprong snel kleiner.

In de voorlaatste lus sloot Dion Beukeboom van Vlasman Cycling aan bij de vier. Even later was ook Aaron van Poecke (Lotto-Soudal) onderweg naar voren vanuit het peloton, maar die zag zijn poging stranden.

Wim Kleinman van Monkey Town was de volgende die het probeerde, maar in zijn eentje bleek het onmogelijk op te boksen tegen de vijf vooraan. Wel bleef hij samen met de Portugees Oliveira de meute voor en werd zevende.

Winnaar is blij

De vijf koplopers hielden uiteindelijk net stand in de straten van Meerkerk. Bol ging de sprint van ver aan, maar zag de Duitser passeren. De winnaar vertelde: "Dit is mijn eerste UCI-zege, dus ik ben hier heel blij mee. Cees ging de sprint van ver aan, maar ik kon er nog net voorbij steken. Ik dacht direct gewonnen te hebben, maar het is natuurlijk afwachten wat de jury erover zegt. Het was een spannende finale zo, want veel marge hadden we nooit. We zagen met Beukeboom iemand oversteken en dat was niet zo erg, want dat was een extra motor voor de ontsnapping. Al moet ik zeggen dat ook Cees wel een heel sterke indruk maakte in de koers. Drie jaar geleden reed ik hier ook, maar toen viel ik uit. Deze afloop bevalt me veel beter."

Bol ontgoocheld

Cees Bol was uiteraard ontgoocheld over de afloop. "Ik ging van ver aan, dat klopt, maar ik heb al te vaak een sprint verknald door te lang te wachten. Met de klinkertjes in de slotfase, besloot ik dat het verstandig was de sprint helemaal van voren aan te gaan. Het bleek net niet genoeg. Ik moet zeggen dat ik ervan begin te balen dat ik zo vaak tweede word. In het Circuit des Ardennes en de Tour de Normandie greep ik er ook al net naast. Aan de andere kant: na de hersenschudding die me vorig jaar lang aan de kant hield, reed ik hier in Meerkerk alleen maar omdat de ploeg anders te weinig renners aan het vertrek had. Toen was ik vooral duizelig en leek de topvorm ver weg. Die is er nu duidelijk wel. Ik hoop in de Tour de Bretagne volgende week wel te oogsten. "

Foto: © Sportfoto-Dick Soepenberg