Als Welling bij een team betrokken is, weet je dat het wielrennen op de weg er hand in hand gaat met het fietsen op de piste. Dat was zo in de tijd van Ubbink, Axa, Koga en is het nu het geval bij het Vlasman Cycling. Met name Yoeri Havik, Wim Stroetinga en Melvin van Zijl waren al zeer actief in de zesdaagsen en Dion Beukeboom valt dit jaar het werelduurrecord aan. “We hebben een mix van renners die de baan en de weg combineren en pure wegrenners. Dat betekent dat we pas eind april in de volle breedte actief kunnen zijn. We starten wel direct met ambities in de Ster van Zwolle met renners als Jasper Bovenhuis en Melvin van Zijl, maar een renner als Stroetinga zullen we pas eind april vanaf de Glazen Stad inzetten” kijkt Welling vooruit. “In de breedte zijn we zeker sterker geworden. Nieuwkomers als Yoeri Havik en Dion Beukeboom kunnen op de weg ook hun mannetje staan in de klassiekers, terwijl we natuurlijk al een mooie basis hadden staan met bijvoorbeeld Wim Stroetinga. Een renner die al bewees een rit te kunnen wennen in een wedstrijd als de Ster ZLM Toer.”

Dringen voor wedstrijden

Vorig jaar werd Vlasman gedwongen te kiezen voor een status, omdat de KNWU de landelijke sponsorselecties op besloot te heffen. “Bij een vereniging onderdak vinden, zag ik niet zitten. Bovendien hebben we al een aantal renners in de gelederen die de licentie van prof B moeten hebben vanwege hun baanverplichtingen. Dan kunnen we net zo goed die stap zetten. Dit team hoort ook op dit niveau thuis. Bijkomend voordeel is dat we nu ook wedstrijden als de Volta Limburg Classic, de Ronde van Drenthe en Veenendaal-Veenendaal kunnen rijden.” Welling ziet dat het wel steeds meer dringen wordt voor de wedstrijden. “In het buitenland zijn veel wedstrijden naar de nationale kalender verdwenen, zoals in Frankrijk en Duitsland gebeurde. Het is verder dan ook dringen voor de wedstrijden die overbleven. Daar willen pro continentale en continentale allemaal rijden.”

Op hoog niveau blijven

Welling spreekt zich qua doelen op de weg minder expliciet uit dan vorig jaar. “Toen zei ik dat we met Jasper Bovenhuis de topcompetitie wilden winnen. Nu willen we vooral een seizoen lang op hoog niveau acteren en onze zeges meepakken. En zien we wel waar dat uiteindelijk toe leidt. We willen er direct staan in de Ster van Zwolle, zijn op ons sterkst eind april en willen die lijn lang doortrekken. Ik denk dat we een sterk team hebben. Vergis je ook niet in onze mogelijkheden op geaccidenteerd terrein met renners als Jaap Kooijman (die nieuw is in ons team), Kelvin van den Dool en Beau Duvigneau. Verder ben ik benieuwd waar Joost van der Burg toe in staat is. Die val op de Olympische Spelen in Rio in 2016 heeft nog een lange nasleep gehad voor hem, een afgescheurde spier in zijn been vergde lang herstel, maar ik denk dat hij nu zijn echte niveau pas haalt. Al met al is er genoeg om naar uit te kijken dit seizoen.”

Foto: © Sportfoto