Tekst: Roy Schriemer; Foto: © Sportfoto/Dick Soepenberg

“Het was heel bijzonder dat ik in januari eigenlijk al wist dat ik naar de Tour de France ging" erkent Mike Teunissen. "Bij mij thuis zeiden ze ook: ‘Nu al? Wat een vertrouwen hebben ze in je'. Dat voelde ook zo. Je bent wel blij als je naam dan ook daadwerkelijk op dat lijstje voor de Tour staat als de planning wordt rond gemaild, maar dat vertrouwen was er vanaf de eerste maanden bij deze ploeg. Het was ook de reden om voor Sunweb te kiezen na mijn periode bij LottoNL-Jumbo” De voormalig wereldkampioen veldrijden bij de beloften relativeert het zelf enigszins. “Natuurlijk heeft het er ook mee te maken dat er een klimploeg naar de Giro ging en we nu in de Tour meer op de sprint mikken. In die trein van Michael Matthews krijg ik een rol. Samen met Roy Curvers is het mijn taak om Michael naar voren te rijden en daar te houden, nadat Albert Timmer de trein op een afgesproken punt op een afgesproken plek heeft afgezet. Het echte aantrekken van de sprints gebeurt of door Ramon Sinkeldam – in de vlakkere ritten – of door Nikias Arndt – als het wat lastiger is geweest onderweg. We mikken ook op de groene trui, maar na een week moeten we wel kijken hoe realistisch dat is. Laten we dat los, dan wordt de Tour iets relaxter voor ons. Dan zullen we in de bergen bijvoorbeeld nog iemand als Warren Barguil afzetten, maar kunnen we verder relatief op ons gemak naar de finish rijden. Of er een kans komt voor mij? Misschien in de overgangsritten. Het zal wel heel mooi zijn als ik een keer in een ontsnapping mee kan zitten natuurlijk.”

'Zelf mee maken'

Teunissen laat het op de presentatie in Düsseldorf maar op zich af komen. “De meer ervaren jongens hebben me al gezegd dat het allemaal meer hectisch is, dat er veel meer mensen op afkomen, ook van de media. Dat zie je hier vandaag natuurlijk al, het is hier drukker dan ik ooit bij een persbijeenkomst mee maakte.  Verder ga ik het allemaal wel beleven. Je moet het zelf toch een keer mee maken. Ik heb ooit een Vuelta gereden, dus ik heb wel wat ervaring met een grote ronde, maar de Tour is dan weer een belevenis op zich.” Hij weet zich bij de Tourstart gesteund door de achterban uit het Limburgse Ysselsteyn. “Ik weet niet of ze nu uiteindelijk met één bus of twee bussen komen. Heb me er ook niet veel mee bemoeid en gezegd: 'ik zie jullie wel in Duitsland'. Maar waarderen doe ik het wel. Mensen in mijn dorp hebben me altijd enorm gesteund en ze weten dat de Tour rijden een droom van me was. Nu die uitkomt én de Tour ook relatief dichtbij Limburg start, wil men daar bij zijn. Mijn ouders gaan met de camper naar Frankrijk om ook de rest van de ronde te volgen.”

Eigen rol in voor- en najaar

In de Tour is Mike Teunissen helper met een klein kansje om zelf in het offensief te gaan, in het voor- en najaar liggen er veel eigen kansen. “Ik krijg een vrije rol in de klassiekers en daar is het echt de bedoeling om zelf voor resultaat te rijden. Ik was twaalfde in de Omloop het Nieuwsblad en zestiende in Dwars door Vlaanderen, resultaten waar ik en de ploeg echt vertrouwen uit haalden. Na mijn val in de E3 Prijs kon ik die lijn eigenlijk niet doortrekken. Maar in het najaar wil ik me weer laten zien. De Tour rijden gebeurt ook zeker in functie van het sterker worden in de klassiekers. Ik merkte dat na de Vuelta en hoop nu weer te verbeteren met het uitrijden van de Tour. Parijs halen is een doel, vanwege het sterker worden, maar ook omdat je dat als renner graag wilt op het moment dat je start.”

Kansen voor jonge renners

Teunissen vindt dat er veel kansen voor jonge renners zijn bij Sunweb. “Je ziet het aan mijn Tourstart en de kansen die ik al krijg. Je ziet het ook aan het feit dat Lennard Hofstede en Sam Oomen straks de Vuelta mogen rijden. Ze hadden Sam natuurlijk ook in de Tour op kunnen stellen, maar ze brengen hem geleidelijk. Ik denk dat zoiets goed is.” Teunissen hoopt zelf naar de rol van kopman door te groeien in de toekomst. “Ik denk dat niemand start met wielrennen om een knecht te zijn, je droomt allemaal van meer. Ik kan me heel goed voorstellen dat je op je 28e de keuze maakt om wel in functie van anderen te rijden, zoals Roy Curvers en Albert Timmer nu doen. Zij zijn heel waardevol in die taak, maar ik hoop het knechten voorlopig nog even met eigen ambities te combineren. Ik ben immers nog maar 24.”

Foto: © Sportfoto